Begin november had ik een heerlijke vakantie in Boedapest, de hoofdstad van Hongarije. Ik wist nog weinig van deze stad, maar ik ben echt dol op Boedapest geworden! In de eerste dag hadden mijn zusje, vader en ik de binnenstad verkend, maar op de tweede dag besloten we de overkant van de stad te bekijken. De westkant van de Donau is namelijk Boeda, terwijl de oostkant Pest is. We hadden genoeg te zien, want Boeda zit vol heuvels en prachtige gebouwen. Dat werd wel een flinke wandeltocht, want we hadden namelijk 25 kilometer die dag gelopen…
We gingen eerst langs de Donau lopen, op naar de Citadella (op de foto de heuvel links). Het was voor november echt ontzettend warm weer, het was gewoon 20 graden met een lekker zonnetje!
We bezochten eerst een ondergrondse kerk. Dit was gewoon een kerk in een grot! We hadden een audiotour in het Engels die veel informatie gaf over de kerk en alle kunstwerken erin. Ook weer erg goedkoop (als het goed is rond de 3 euro per persoon), zeker aan te raden om het een bezoekje te brengen. Vanaf daar had je al mooi uitzicht! We gingen alleen de hele heuvel op, dus we konden veel trappen oplopen. Een beetje vermoeiend af en toe, maar gelukkig waren er genoeg bankjes om even uit te rusten.
Eenmaal boven aangekomen zagen we het vrijheidsbeeld van Boedapest. We hadden echt een prachtig uitzicht over het stadscentrum, maar we zagen ook al alle andere mooie gebouwen in de verte. Ook waren er genoeg kraampjes vol souvenirtjes op de heuvel. Dit uitzicht was in ieder geval de wandeltocht waard! Ik raad je aan dit wel vroeg op de dag te doen, want ik zou dus niet aan het eind van de dag nog deze heuvel kunnen beklimmen.
Nadat we weer beneden waren gingen we lunchen en gingen we weer heuvelopwaarts naar het paleis van Boedapest. Hierin zit ook een museum vol kunst, waardoor er een lange rij voor de ingang was. We wilden niet in de rij staan, dus we liepen om het paleis heen en kwamen bij de werkplaats van de minister president en liepen verder. 
Toen kwamen we uit bij een gebouw waar ik maar al te graag naar toe wilde, namelijk de Matthiaskerk. Vanaf de verte leek dit net op de grote hal van Zweinstein, dus het leek me een mooie kerk. Dit was het ook zeker, want de daken waren vol mooie mozaïeken en de binnenkant was zo mooi beschilderd. Elke koepel had weer andere illustraties, net zoals alle zuilen. Voor toegang in de kerk moest je betalen, maar ook dit was erg goedkoop. 
Bij de kerk was het vissersbastion, een mooie muur met uitzicht op de stad. Het had wel wat weg van paleizen van Game of Thrones, erg mooi! Uiteindelijk gingen we weer naar beneden en namen we een appeltaartje en patatje met uitzicht op het parlement van Boedapest.
Nog even doorlopen, maar toen kwamen we bij het Margaretha-eiland, waar Sziget altijd is. Het werd alleen al donker toen we aankwamen, dus we konden niet veel zien. We zagen nog een fonteinshow met Disneyliedjes, de Japanse tuin (die toen iets te donker was) en een verlicht park. Het eiland is ongeveer 2,5 kilometer lang en we gingen heen en terug. Een lange rit, want we moesten nog naar huis. Dat was dus aan de andere kant van de stad…
Hoewel we al kapot waren van het lopen, gingen we toch langs de Donau lopen (nu aan de oostkant). We liepen langs het parlement en zagen het monument van de schoenen op de Donau. Dit is een herinneringsmonument aan de vermoorde joden in de tweede wereldoorlog. Zij moesten namelijk op de kade van de Donau staan en hun schoenen uit doen, waarna ze in hun hoofd werden geschoten en door de stroom mee werden genomen in de Donau. Er zaten allemaal schoenen aan de rand van de weg, wat zeker indrukwekkend was. 
Uiteindelijk gingen we de stad in en namen we een zijstraatje waren we nog wat aten. Zo at ik eendenpoot, wat best lekker was! Aangezien we nu al halverwege de terugweg waren, besloten we toch naar ons appartement te lopen. Helemaal gesloopt aangekomen, maar we hadden onze wandeltocht gehaald! We hadden nog maar één dag te gaan in Boedapest, maar daar hebben we zeker veel uit gehaald. De avonturen van de laatste dag lees je de volgende keer!
Welke stad vond jij eerst niet bijzonder, maar begon je prachtig te vinden toen je er eenmaal was?
